Rörstrand werd in 1726 opgericht in Stockholm, maar brak pas in 1900 internationaal door na de Wereldtentoonstelling in Parijs. Het bedrijf breidde zich uit, verhuisde in 1926 naar Göteborg en werd in 1929 gekocht door het Finse Arabia. Enkele jaren later verhuist de fabriek naar Lidköping. Rond die periode had Rörstrand met het klassieke servies "Swedish Grace", een ontwerp van Louise Adelborg, al een internationale reputatie verworven. De fabriek begon vaker met kunstenaars en ontwerpers samen te werken, zoals Gunnar Nylund wiens ontwerpen tot massaproductie zouden leiden.
In 1932 werd een ander klassiek servies geïntroduceerd, "Ostindia", dat het 200-jarig jubileum van de Zweedse Oost-Indische Compagnie markeerde. Dit servies is tot op de dag van vandaag nog altijd in productie. Eind jaren dertig trad Carl-Harry Stålhane aan die met talloze stijlen en technieken experimenteerde en tot in de jaren zeventig een grote invloed had op de ontwikkeling van Rörstrands ontwerpen.
In 1941 begon Hertha Bengtson haar carrière bij de porseleinfabriek. De serviezen "Blå eld" en "Koka blå" die zij ontwierp, worden tot op de dag van vandaag als klassiekers beschouwd. Marianne Westman, die in 1950 bij Rörstrand begint te werken, wordt later een van de populairste ontwerpers met serviezen als "Mon Amie", "Picknick" en "Pomona" die zeer succesvol blijken te worden. Er wordt gezegd dat haar ontwerpen voor 45% de omzet van het bedrijf bepaalden. De jaren vijftig blijken dan ook een gouden decennium voor de porseleinfabriek te zijn.
In 1964 wordt Rörstrand overgenomen door de Upsala-Ekeby-groep en breekt er een periode aan waarin de omzet fors terugloopt gevolgd door massa-ontslagen begin jaren zeventig. In 1975 wordt de Upsala-Ekeby groep, bestaande uit Upsala-Ekeby, Rörstrand, Gefle en Egersund, overgenomen door Arabia. In de jaren daarna volgen nog enkele andere overnames (Wärtsila in 1978 en Hackman in 1989) totdat Rörstrand in 2003/2004 wordt ingelijfd door Iittala. Eind 2005 wordt de Rörstrand-fabriek in Lidköping gesloten en de productie naar Hongarije en Sri Lanka overgebracht. Op de plek waar tot dan toe de fabriek stond, is tegenwoordig het Rörstrand-museum gevestigd.